Het leven op het platteland bevalt me prima. Het gevoel dat ik er nog niet alles uit haal wat er in zit bekruipt me geregeld. Dat voelt onrustig. Het zal vast te maken hebben met het feit dat ik teveel wil doen, ik stiekem toch veel tijd nodig heb om te wennen en mezelf die tijd juist niet gun. En dat is heel jammer. Want nu de tijd nemen en tot rust komen, maakt ruimte voor inspiratie, creativiteit en zin in nieuwe dingen.
En waarom zou ik er nu direct ‘alles’ uit willen halen. Het is niet alsof ik volgende week weer terug verhuis naar de stad. Ik ben nu op het platteland en dat blijft waarschijnlijk ook wel zo. Wellicht komt dit gevoel van ‘onveiligheid’ en snel dingen willen doen ‘voordat het te laat is’ naar boven mede doordat ik vaak anderen mijn leven heb laten bepalen. Dat gevoel van onveiligheid wil ik graag kwijtraken. Hoognodig tijd om mijn innerlijke kolibrie het vrije luchtruim te laten kiezen.
Het leven op het platteland heeft ook zijn keerzijde laten zien. Vorige week zijn de kippen aangevallen door een buizerd. Eric en ik hadden veel ingecalculeerd, zoals de mogelijke aanwezigheid van dassen, vossen en wezelachtigen, maar op gevaar van boven hadden we niet gerekend.
Kort nadat we in Zeeland zijn komen wonen, hebben we de roofvogels natuurlijk wel opgemerkt. Ik heb ook direct op de website van de Vogelbescherming gekeken welke vogel het zou kunnen zijn. Het gekke is dat de Vogelbescherming beweert dat buizerds aaseters zijn. Foutje… het zijn dus niet enkel opruimers van dode dieren. Ze jagen ook op levende dieren.
Na de aanval van vorige week hebben we iets grondiger onderzoek gedaan. We ontdekte dat veel hobby-kippenhouders op het platteland ‘last’ hebben van roofvogels. Dat is niet vreemd natuurlijk, want wij pikken al geruime tijd het leefgebied van de wilde dieren in Nederland in. Er zijn zelfs mensen die gestopt zijn met het houden van kippen omdat het zo pijnlijk is om een geliefde kip aan een roofvogel te verliezen. Geen vrolijk bericht, want wij wilden onze kippen juist bevrijden uit de kleine buitenren in de stad en gunnen hen zo graag groen en ruimte. We zijn best inventief, hebben niet voor niets een oud dijkhuis van top tot teen gerenoveerd, dus er komt ongetwijfeld een goede oplossing.
Wat doet dat nou met mij? Nou, dat is best heftig. Het heeft een flinke domper gezet op mijn vreugde van het zien van vrolijk scharrelende kippen door de tuin. (Dat scharrelen doen de kippen sinds de aanval niet meer. Althans niet op het open grasveld.). De schrik zit er bij mij net zo goed in. Maagpijn heb ik ervan. Kippen die al negen jaar bij je zijn, wil je niet op deze manier verliezen.
De herfst is het seizoen van loslaten, letterlijk en figuurlijk. En loslaten vind ik nu even heel moeilijk. Want ik voel een hevige strijd van binnen. Gun ik mijn dieren een vrij leven met de kans dat dat vrije leven kort is? Omdat ze niet gewend zijn aan een vrij leven, met alle gevaren die daarbij horen, voel ik me verantwoordelijk voor hun veiligheid. Aan de andere kant voel ik ook dat anders denken nodig is. En dan doel ik er voornamelijk op dat ook onze kippen iets te zeggen hebben en voorkeur hebben voor een manier van leven. Naar hen luisteren is iets dat ik het belangrijkste vind. Daar ligt dus een behoorlijke uitdaging voor mij.
Alle vijf kippen zijn er trouwens nog. Eric heeft de buizerd gestoord in zijn aanval, maar hij was te laat om te voorkomen dat één kip, Grijs, te pakken is genomen en gewond is geraakt. Gelukkig zijn de lichamelijke wonden aan het helen, met wat liefdevolle verzorging. Die liefdevolle verzorging heeft me ook het nodige verdriet opgeleverd. Want hoe doe je dat met een kip die niet graag in handen is? (Hierdoor moest ik ineens terugdenken aan onze zwerfkat Poppy, die ongeneeslijk ziek werd en verzorging nodig had. Maar dat is een ander verhaal…). Grijs is heel erg lief voor me geweest en heeft mijn verzorging, met zo nu en dan wat gezonde tegenzin, geduldig ondergaan. Vertrouwen dus!
xo
Jolanda
(Foto: A farmers delight | het boeren genieten | © Jolanda Boekhout Fotografie – 2014)