Zoals sommige mensen niet weten van zichzelf, of niet willen toegeven aan zichzelf, dat ze perfectionist zijn, zo heb ik altijd geweten dat ik een perfectionist ben. Van kleins af aan was ik altijd bezig om dingen perfect te doen. Mooie dingen fröbelen tot in de kleinste details. Het perfect willen doen deerde me ook niet zo omdat er nooit iemand zei dat ik iets niet goed deed. Ik was lekker bezig met kleine dingen die me gelukkig maakten.
Pas op school werd mijn perfectionisme een last. Ik was zo’n kind dat vaak gepest werd. De reden weet ik niet meer. Gek hè? De pesterijen maakten me onzeker. Langzaam verdween mijn spontaniteit en groeide het gevoel dat ik niet genoeg was. Mijn zelfvertrouwen werd aangetast en verdween.
Mijn schooltijd was een worsteling. Ik was een dromer en hield van ‘spelen’. Dat had ik nodig. Door de pesterijen op school leerde ik mijn eigen ‘ik’ diep weg te stoppen. Mijn perfectionisme werd de molensteen om mijn nek. Door perfectionisme eerder onbewust te gebruiken als stimulans gebruikte ik het later om wat niet goed was aan mezelf met een vergrootglas uit te vergroten.
Toen ik een beroep moest gaan kiezen, vergat ik spontaan mijn creativiteit en met hulp van mijn omgeving koos ik met verstand. Ik werd secretaresse. In mijn tijd absoluut geen beroep waarin ‘spelen’ en creativiteit aan de orde was.
Op jongere leeftijd ben je je er nog niet zo van bewust van dat je een perfectionist bent. Een perfectionist zijn is ook helemaal niet erg. Het helpt juist om op onderzoek uit te gaan. Perfectionisme wordt pas hinderlijk als anderen zich een mening over je gaan vormen, of over wat je doet. Een, vaak negatieve, mening aan je gaan opdringen. Je belandt in een cirkel waar je niet meer uitkomt.
Van school af aan worden we geconstitutioneerd. Hoe je dingen moet doen, leren je verantwoordelijkheid nemen, of dat nou goed voor je is of niet. Zeker voor de onzekeren onder ons, of dat nu vanuit je genen komt, of dat je omgeving je onzeker maakt, is dat funest. Het ‘negatieve’ perfectionisme wordt ons aangeleerd door de buitenwereld.
Inmiddels heb ik een creatief beroep. Ook hierin ben ik nog steeds onzeker. Omdat ik om me heen zie dat er zovelen zijn die mooier fotograferen dan ik. Of dat nou een terechte gedachte is of niet mijn perfectionisme beïnvloedt me nog steeds op een niet zo leuke manier. Lastig om de ‘oude plaat’ een nieuw liedje te laten spelen.
Ondanks mijn onzekerheden en mijn perfectionisme geloof ik er echt in dat als je trouw blijft aan je hart en je intuïtie en je doet wat je leuk vindt het helemaal goed komt. Wat ‘het’ dan ook is.
Sinds kort ben ik ‘Lomography’ aan het uitproberen. Met een plastic Diana F+ camera en 120mm film ben ik aan de slag gegaan. Voor perfectionisten niet echt een handige camera omdat er weinig in te stellen valt. De slogan van Lomography is ‘Don’t think just shoot’. Lomography is een mooie oefening in het loslaten. Je moet maar afwachten wat er op beeld verschijnt. Dus, probeer eens iets nieuws, laat je uitdagen en, vooral, laat je verrassen.
Jolanda